Mitrasingh zegt al vaker zijn beklag te hebben gedaan bij de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken. Sjak Shie gaf toen zijn goedkeuring voor het project, maar achteraf werkt hij weer tegen. In 1902 eisten de contractarbeiders van Mariënburg een betere beloning. Die eis werd niet ingewilligd. De teleurstelling en verontwaardiging hierover kregen een extra impuls door het gedrag van de directeur van de plantage, James Mavor, die meende dat hij vrijelijk kon beschikken over de vrouwen van de arbeiders.
Op 29 juli 1902 werd de directeur door woedende contractarbeiders gedood. De volgende dag arriveerden militairen en schoten gericht op de massa. Zeventien arbeiders, zeventien Hindoestanen en één Javaan vonden gelijk de dood. De lijken werden op een trolley via de spoorbaan afgevoerd. Buiten het zicht van de dorpsbewoners dumpte men de lichamen in een massagraf en overgoot ze met ongebluste kalk.
Het archeologisch team is nu op zoek naar de spoorbaan om dichterbij het massagraf te komen. Mike Nerkust, die nu waarneemt als districtscommissaris in Commewijne, gaf aan dat de spoorbanen na elke oogst werden verplaats en dat het beter is dat de informatie in Nederland wordt gehaald. ‘Zo bent u dichterbij het resultaat en vermijdt u die hele djoegoe djoegoe met Shak Shie’, gaf Nerkust als advies. Om te weten waar het massagraf precies ligt, heeft de archeoloog zijn hoop nu gevestigd op een waarzegster. Een reis naar Europa zou voor Mitrasingh te duur zijn.
Consuela Raalte