1. vorige
  2. volgende

Het zijn hectische weken

Het zijn hectische weken, zelfs hectischer dan gewoonlijk. Week na week zijn mijn weekdagen en weekenden gevuld met veldbezoeken, trainingen en het normale “vechten tegen deadlines”-papierwerk. Het is alsof er geen eind komt aan de “to-do list”; schrap je drie punten, er zijn al vier nieuwe erbij.  

Deze week werden enkele cruciale werkzaamheden goed afgerond. Een grote opluchting en aanleiding om even een break te nemen. Het zijn dit soort momenten dat ik erg blij ben dat er een paar zaken in de binnenstad tegenwoordig ook na half vijf open blijven - daarmee mensen met weinig tijd in elk geval de kans gevend om normaal een parkeerplek te vinden en op hun gemak te dwalen door winkels die jarenlang als de pest gemeden werden.

Nog helemaal in mijn blije stemming, en op de achtergrond dat beetje zelfmedelijden - "wat werk ik toch verschrikkelijk hard en veel" - stond ik daar omringd door bergen textielrollen. De winkelmevrouw die mij hielp, rende van hot naar her, mat en knipte dat het een lust was. Zwijgend volgde ze mijn ingewikkelde aanwijzingen. Ik voelde me een beetje schuldig, wetende dat ik een lastige, veeleisende klant ben: "U heeft spijt dat u heeft gezegd dat u mij zou helpen, hè?" "Helemaal niet", vond de mevrouw, "ik doe mijn werk met plezier." Ze lachte, en ik kon zien dat ze het meende. Ze vertelde vervolgens dat dit haar tweede, nee, derde job was - van zeven tot drie uur werkte ze voor de overheid. Vervolgens kwam ze naar de winkel, en werkte daar tot half acht. Elke weekdag - van maandag tot en met vrijdag. Op de zaterdag en zondag was ze vrij. Of nee, toch niet, ze had al jarenlang een bijbaantje op de zaterdag, en als ze daar niet kwam, dan vroegen mensen naar haar. Ze glunderde toen ze dat zei, en met recht - dat is iets om trots op te zijn. Het was hartverwarmend.

Oh, en als ze na de winkel naar huis ging, dan kookte ze, waste kleren ... ja, ze had wel kinderen, maar die waren al groot. Ik voelde me op slag erg inadequaat - ja, ik werk hard, maar het tempo van deze mevrouw, en van velen met driedubbele banen, dat evenaar ik bij lange na niet. Wat me het meeste trof was het plezier dat ze had in haar bescheiden baan: efficiënt, klantvriendelijk, geen moeite teveel. Je moet van je werk houden, wat het ook is, zei ze, dan verveel je je nooit. Een waarheid als een koe, natuurlijk, maar de kunst is wel om dat plezier te vinden in zelfs de meest simpele, maar toch broodnodige jobs. Die mevrouw verstaat die kunst.

Zo mijmerde ik wat in het rond terwijl ik naar de kassa liep. Onderweg kwam ik een aantal andere winkelmedewerkers tegen. Een heleboel jonge mensen, die na school of college in de winkels kwamen werken. Ik zag er één in een hoek, waar op dat moment geen klanten waren, in de schoolboeken duiken. Dat is het bijkomende voordeel van langere openingstijden - niet alleen voor de klant prettig, maar ook voor dit soort mensen. Jonge mensen leren op deze manier werkdiscipline, ze verdienen hun eigen geld, ontlasten hun ouders, worden zelfstandig. Ik vermoed dat de winkeleigenaars die hun winkels langer openhouden dat vooral doen vanwege hun eigen belang, maar in dit geval brengt dat een heleboel andere mooie gevolgen met zich mee.

Dik tevreden met deze positieve ontwikkelingen, vol positieve gedachten ging ik naar huis. Onderweg zag ik de auto's binnenstromen op de parkeerhavens van de casino's.-.

gangadwt@gmail.com
  1. mensen 5
  2. werk 4
  3. week 3
  4. winkels 3
  5. mevrouw 3