Caracas sterft de hongerdood


Gewapende rovers eisten de mobiele telefoon van een 25-jarige man die voor een drugstore in de rij stond in de Venezolaanse hoofdstad Caracas. In plaats van het toestel af te staan, zette Junior Perez het op een lopen.
Hij werd met acht schoten afgemaakt.

De tientallen mensen in de rij vertrokken geen spier toen de rovers de zakken van Perez doorzochten, terwijl het bloed uit het hoofd van de jonge man stroomde.
Iedereen bleef op zijn plek om de gerantsoeneerde tandpasta te kunnen kopen.

Venezuela wordt steeds gevaarlijker. Het leven van een medemens is minder waard geworden dan een tube tandpasta, en de mensen maken zich drukker om wat zij nog kunnen inslaan dan iets triviaals als het leven.

Een kleuter werd onlangs doodgeschoten toen twee bendes een ruzie uitvochten. Een 80-jarige vrouw werd doodgedrukt toen een winkel werd geplunderd.
Voordringen in één van de vele rijen is niet verstandig: je loopt het risico knock out te worden geslagen.

In Venezuela, waar ooit de bomen tot in de hemel groeiden, kunnen de mensen nu nog maar maximaal 8 dollar per dag pinnen en mogen zij tweemaal per week boodschappen doen.

Niet dat het veel uitmaakt: bijna niemand kan het schaarse voedsel, dat wordt bewaakt door gewapende soldaten, nog betalen. Voor velen is de dood de enige uitweg: in Caracas plegen meer mensen zelfmoord per maand, dan in New York of Los Angeles per jaar.



  1. mensen 4
  2. gewapende 2
  3. rovers 2
  4. jarige 2
  5. man 2