PARAMARIBO - “Wie weet is het nu de tijd ervoor en kan ik eindelijk een folklore balletschool beginnen”, mijmert Marlene Lie A Ling. Het is een lang gekoesterde wens van de nestor van het Surinaamse ballet. Dat is altijd mijn droom geweest!” Sinds de dansdocente in 2007 met de eerste groep begon zijn er nu in totaal 35 leerlingen afgeleverd.

Lie A Ling zegt dat er op dit moment geen centrum is om aan folklore te doen. Er zijn wel afzonderlijke etnische centra waar het mogelijk is om kennis op te doen over een specifieke etnische groep. Ze heeft graag dat er een centrum komt waar alle Surinaamse invloeden samenkomen. "Zo zouden we kunnen komen tot een nationaal folkloristisch ballet."

Zaterdag ontvingen vier jonge leerlingen hun diploma en stroomden daarmee door naar het intermediate 4 niveau. "Ze hebben nog een reeks dansen die ze moeten instuderen. Wat ik met ze wil gaan doen is kijken in hoeverre we een project kunnen ontwikkelen waarbij er workshops op scholen kunnen worden verzorgd om jonge kinderen te stimuleren om ook folklore te doen."

Audrey Karijowidjojo, Alyson Benthem, Isabel Jong Tjien Fa en Ariëlla Eriks kunnen, nu ze hun diploma op zak hebben, een bijdrage leveren aan de kennisoverdracht die de samenleving volgens hun docent ontbeert. Het viertal staat daar eigenlijk ook al om te springen. Afzonderlijk van elkaar vertellen ze dat ze andere kinderen willen leren wat zij weten.

"Ik vind dit prachtig!", roept Jong Tjien Fa gelukzalig uit. "Ik ben heel trots hierop, omdat niet eenieder deze dansen kent en ik me een echte Surinaamse mag noemen", glundert het meisje. De vier moesten voor hun examen 21 dansen uit verschillende Surinaamse en internationale culturen instuderen. De dansacts varieerden van awassa en sekete uit de marroncultuur tot Chinese en Hindostaanse dansen. De leerlingen moesten bij elke dans afzonderlijk dieper ingaan op de tradities, liederen, muziekinstrumenten en traditionele kostuums. Zaterdag presenteerden ze naast de verschillende culturen, ook een eigen solochoreografie.