PARAMARIBO- Wereldwijd schept de particuliere sector ongeveer 90 procent van de arbeidsplaatsen. Publieke-private-partnerschappen dienen daarom een integraal deel te zijn van de inspanningen zodat in 2030 de ontwikkelingsdoelstellingen van de VN zijn gerealiseerd. Het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties moeten ook de verantwoordelijkheid op zich nemen en bijdragen aan het creëren van nieuwe economieën. Het is dus ook noodzakelijk dat de publieke en particuliere sector bij elkaar komen om standaarden en doelstellingen uit te zetten om dat mogelijk te maken.
Zo kwam deze week in New York naar voren tijdens een door Suriname georganiseerde internationale conferentie. Tijdens de meeting die is gehouden in het hoofdkwartier van de Verenigde Naties (VN) waren ruim tweehonderd regeringsfunctionarissen, toppers uit het bedrijfsleven, vertegenwoordigers van Niet-Gouvernementele Organisaties en investeerders uit de hele wereld aanwezig. In zijn toespraak vroeg Peter Thomson, president van de Algemene Vergadering van de VN, zich af hoe "een klein land als Suriname" de op één na grootste vergaderzaal van de VN vol had gekregen.
Alleen al de grote opkomst gaf volgens hem het belang van het thema aan. Bij de opzet van het evenement met als thema 'Public-Private Partnerships (PPP): Member State Initiatives to Ensure the Success of the Sustainable Development Goals', werd Suriname ondersteund door de internationale Ngo, World Development Foundation. Tegenover de Ware Tijd stelt Surinames ambassadeur bij de VN, Henry MacDonald, dat particuliere bedrijven uit zijn op winstmaximalisatie, waar niets op tegen is. In hun bedrijfsvoering kunnen ze een bijdrage leveren aan duurzame ontwikkeling, onder andere met het scheppen van kwalitatief hoogwaardige banen en het investeren in duurzame productie- en bedrijfsactiviteiten.
MacDonald noemt daarbij sectoren als landbouw en toerisme. De diplomaat is er van overtuigd dat wanneer bedrijven in Suriname worden opgezet die duurzame arbeidsplaatsen aanbieden tegen goede salarissen het afslanken van het overheidsapparaat makkelijker zal kunnen gaan. Werkzoekenden zullen eerder voor deze bedrijven kiezen en zullen ambtenaren makkelijker overstappen. "Wie wil niet meer verdienen dan bij lanti?" stelt hij retorisch.