Op gegeven moment werd de eigenares van het huis met geweld vastgegrepen en naar de slaapkamer gesleurd, waarna haar mond werd dichtgeplakt. Zij werd onder bedreiging gesommeerd al haar sieraden af te staan. ‘Pe a gowtu de?’, vroeg Jonathan aan het slachtoffer. Zij smeekte de onverlaten om haar niet te mishandelen. Vervolgens greep het slachtoffer naar de sigarendoos, waarin de sieraden waren, en smeet die op de vloer. De rovers kozen hierna het hazenpad. Op dezelfde datum had Jonathan B. ook tezamen en in vereniging met zijn eerdere comparant in een andere woning in dezelfde straat ingebroken. Hierbij namen zij een televisietoestel, een radio, een groot geldbedrag en enkele andere waardevolle spullen mee. De buit werd in de witgelakte Toyota Ist weggevoerd. Dit voertuig werd kort na de beroving onbeheerd aan de Franchepanestraat achtergelaten. De verdachte Jonathan gaf op de vorige zitting aan dat hij genoodzaakt was het voertuig achter te laten. Het voertuig had volgens hem een lekke band en hierdoor besloot hij het voertuig bij de bandenzaak achter te laten. De eigenaar van de bandenzaak ontkrachtte zijn beweringen.
FR