De nadruk bij de viering van onze onafhankelijkheid moet steeds komen te liggen op onze geestelijke ontwikkeling als mens. Alhoewel de Surinaamse politiek zich heeft afgezet tegen Nederland, is het bedrijfsleven uit dat land hier steeds meer zaken aan het doen. De president laat zich in sommige gevallen behoorlijk kisten door deze zakenlui. De president heeft het heel vaak over koloniaal denken, maar dit voltrekt zich via het bedrijfsleven. Een goed peilmoment voor de staat van de geestelijke ontwikkeling is zeker deze tijd, de 6 maanden voor de verkiezingen. Burgers die uit de staatskas willen trekken en de macht willen hebben over de belastingmiddelen en de middelen waarvoor financiers zorgen, worden dan extra assertief. Men begint dan te praten en opeens klimt men dan ook in de pen na 5 jaren. Op podia probeert men het publiek te charmeren. De wijze waarop men succes heeft bij dit laatste is een graadmeter van onze evolutie als Surinamer na 39 jaar zelfstandigheid. Zie maar hoe men zich misdraagt en wat men allemaal steeds aan onverifieerbare leugens en halve waarheden over elkaar vertelt. Het sociaal gevoel is in Suriname na 39 jaar tot een laag punt gedaald. De samenleving is even klein gebleven, maar de Surinamer is asocialer geworden. De trend is gezet door politici, die tussen 2005 en 2010 de Surinaamse realiteit hebben vastgesteld. Dat is niet iets dat je zelf stuurt, maar dat je ondergaat. Onderdeel van die realiteit zijn oneerlijkheid, misleiding, corruptie, opportunistisch gedrag en eigen belang als doel waarvoor men middelen inzet. In Suriname is het nu zo dat men dom of een sufferd is als men in de positie is om misbruik te maken van zijn/haar positie en men het niet doet. Onze jongeren hebben dat goed begrepen. Men gebruikt het Nationaal Jeugdparlement om ‘rover’ van de staatskas te worden. Voormalige NJP’ers hebben hun bekendheid misbruikt om politicus te worden, maar een verschil maken ze niet uit. Anderen zitten op ministeries zoals Sport en Jeugdzaken en kanaliseren alle middelen richting de jongeren van hun partij. Echte sportende jongeren moeten zichzelf maar behelpen. Deze jongeren in de politiek die geen vernieuwing hebben gebracht, willen eerst een indicatie welke politieke richting je geneigd bent op te gaan. Als het de verkeerde kant opgaat (oppositie) of als men je niet kan peilen, mag je fluiten naar ondersteuning van Sport en Jeugdzaken. Het meest bezwaarlijke in een terugblik blijft dat wij nog steeds een relatief ongeschoolde bevolking zijn. Een heel groot deel van de bevolking ziet de poorten van de universiteit nooit, hetzelfde geldt voor de middelbare school. Het gevolg daarvan is dat de bevolking voor een groot deel niet in staat is weloverwogen standpunten in te nemen als het gaat om prestaties van regeringen en politici. We hebben er dus wel een republiek van gemaakt en op sommige fronten zelfs een bananenrepubliek.