Door Jan Gajentaan
Volgens het bekende financiële dienstverleningsbedrijf Bloomberg moet de kans op een staatsfaillissement van Venezuela in de komende maanden op 93% worden geschat. De spectaculair dalende olieprijs zou daarvoor verantwoordelijk zijn.
Venezuela zit voor vele miljarden dollars in de schulden. Het land heeft een olieprijs nodig van minimaal 97 USD om minimaal de begroting te kunnen uitvoeren en aflossingen op schulden te doen. De prijs voor een vat ruwe Venezolaanse olie staat momenteel op ca. 61 USD. In maart 2015 moet Venezuele enkele miljarden dollars aflossen op verschillende leningen. De financiële markten verwachten dat het land hiertoe niet in staat zal zijn.
Zie hier het artikel van Bloomberg over Venezuela van deze week:
Ook de Duitse krant Die Welt berichtte vandaag over de kans op een nieuwe wereldwijde financiële crisis als gevolg van de onverwacht sterke daling van de olieprijs. Die Welt schat de kans op een staasbankroet van Venezuela in op 94%.Daarnaast worden Rusland en Nigeria genoemd als landen die in grote problemen zullen komen of al zitten door de dalende olieprijs.
Daarnaast berichtte de Duitse krant ook over de acute valutacrisis in Rusland. De Roebel is in een jaar tijd bijna een helft minder waard geworden, waardoor het leven veel duurder is geworden voor de Russen. De Russische Centrale Bank heeft het de rente vandag verhoogd tot boven de 10% in een poging het verval van de Roebel te stoppen.
Ondertussen verdwijnt de Russissche valutareserve in snel tempo en heeft het land te maken met kapitaalvlucht. De oorlog in Oekraïne en de westerse sancties hebben de situatie er niet beter op gemaakt.
Het ziet er dus niet naar uit dat Rusland de vrienden in Caracas nog te hulp kan kopen. Die zullen voor financiële ondersteuning misschien nog China kunnen aanspreken, maar het is de vraag of China bereid is om vele miljarden te steken in een zinkend schip.
Dit riep bij mij ook de vraag op, wat er zal gebeuren met de PetroCaribe fondsen van Suriname als Venezuela in een “default” situatie terecht komt (= niet in meer in staat zijn schuldeisers te betalen). Ik hoop maar dat die bedragen op een veilige Surinaamse bankrekening staan.
Het beheer van de PetroCaribe fondsen schijnt overigens op een uiterst schimmige wijze te gebeuren. Dat maakte ik tenminste op uit een vraaggesprek met Badrissein Sital in Dagblad Suriname, een maand geleden. Sital zat oorspronkelijk in het PetroCaribe steering committee van Suriname, maar werd op enig moment bedankt.
Het interview met Sital over PetroCaribe leest u hier.