Het onderzoek van Ellen Neslo

PARAMARIBO, 26 juli 2021 – Mr. Ellen Neslo is sinds 1999 werkzaam bij de Universiteit Utrecht.

Haar promotieonderzoek in 2016 werd begeleid door em. prof. dr. Dirk Kruijt en dr. Wim Hoogbergen. De verdediging van haar proefschrift aan de UU vond plaats ops vrijdag, 25 november.

De vrije, zwarte elite in de slaventijd

Mijn onderzoek gaat over de vrije niet– blanke elite in de negentiende-eeuwse slavenmaatschappij van Paramaribo (Suriname).

Gedurende de gehele periode van de slavernij (ongeveer tussen 1650 – 1863) was het mogelijk om een slaaf vrij te maken.

Een slaveneigenaar kon zijn slaaf de vrijheid schenken uit waardering voor zijn of haar goede zorgen.

Vrouwen en kinderen hadden de meeste kans om vrijgemaakt te worden, met name kinderen die voort– kwamen uit de relaties tussen slavinnen en blanke mannen.

Ellen Neslo
onderzoeker

In de negentiende eeuw zie je dat vooral familieleden elkaar vrijkopen en dat slaven zichzelf vrijkopen.

Daarvoor moest een slaaf hard werken, sparen en een welwillende eigenaar hebben. Slaven werkten in een stad op vele manieren: als sjouwer, timmerman, wasvrouw, naaister, delver, metselaar.

Het geld dat ze verdienden moesten ze afdragen aan hun eigenaar. Dit was meestal een vast bedrag en als ze meer hadden verdiend, mochten ze het meerdere houden.

Slaven kregen salaris en konden zichzelf vrijkopen

Een slaaf was dus soms in staat om te sparen, maar de vrijlating ging gepaard met astronomische bedragen en het vrijlatingsproces was administratief ingewikkeld en langdurig.

Als iemand een slaaf wilde vrijkopen, moest hij de slaaf eerst van diens meester kopen. Dat ging meestal om een bedrag tussen de 1000 en 2000 gulden.

De slaaf was dan nog niet vrij, want daarop volgde een officieel verzoek aan de overheid om de vrijheid. Dit kostte ook geld en was afhankelijk van de leeftijd en het geslacht.

Begin negentiende eeuw moest aan de overheid voor vrouwen en kinderen onder de veertien jaar 300 gulden en voor volwassen mannen 500 gulden worden betaald.

Voor 1.500 gulden gaf je een slaaf de vrijheid

Alles bij elkaar koste een vrijgemaakte slaaf rond de 1.500 gulden. Dit bedrag komt overeen met ongeveer 10.000 euro naar de standaard van deze tijd.

Slaven die in de gelegenheid waren om geld opzij te leggen, spaarden soms wel meer dan tien jaar voor hun vrijheid.

Regelmatig kwam het voor dat een slaveneigenaar in zijn testament bepaalde dat een slaaf ten koste van zijn erfenis vrijgemaakt moest worden. Merendeels betrof dit zijn kinderen of de moeder van de kinderen.

De vrijgemaakte slaven vormden binnen de samenleving een aparte groep, de vrije niet-blanken.

Deze groep vormde bijna 90% van alle vrije mensen in Suriname, rond 1800.

Er waren dus veel meer vrije gekleurde, dan vrije blanke mensen in Paramaribo.

Ellen Neslo
onderzoeker

En langzaam vormde zich ook een elite binnen deze groep. Soms waren deze vrije niet-blanken ambachtslieden, zoals timmerman of vroedvrouw.

Maar er waren ook hoger opgeleiden en zelfs universitair geschoolden. Opvallend was dat een goede opleiding heel belangrijk werd gevonden.

De zwarte elite was hoog opgeleid en hield zelf slaven

Veel andere vrije zwarte mensen bezaten in de tijd net als blanken gewoon plantages, meerdere huizen en soms ook zelf weer slaven. Het is een groep die tot op heden onzichtbaar is gebleven.

In de negentiende-eeuwse literatuur was nauwelijks aandacht voor deze groep en als het over hen ging, was dat altijd in stereotypische bewoordingen en vooroordelen. Ze waren lui, ijdel, "tussenwezens" en niet in staat om voor zichzelf te zorgen.

Ook werden ze gewantrouwd en was de overheid gedurende de gehele slavernijperiode bang dat de vrije niet-blanken (en ook de slaven) in opstand zouden komen.

Ondanks de context waarbinnen deze vrije groep leefde, kon zij zich ontwikkelen.

Enkele vrije zwarten waar ik onderzoek naar heb gedaan, hebben net als ik in Utrecht gestudeerd en zijn hier ook gepromoveerd.

Cornelis Vlier, Hendrik Focke en Johannes Palthe Wesenhagen bijvoorbeeld promoveerden allen in de Rechtsgeleerdheid, respectievelijk in 1820, 1827 en 1833.

De zwarte componist Nicodemus Helstone studeerde cum laude af aan het conservatorium van Leipzig.

Ellen Neslo
onderzoeker

Mijn onderzoeksgegevens haal ik uit meerdere archieven, met name wijkregisters, testamenten, geboorteregisters en almanakken.

Deze archieven zijn te vinden in het Nationaal Archief in Den Haag en gratis toegankelijk voor iedereen met interesse in het onderwerp.

Bron : Pandora Magazine (NL)


— UW MENING —

Wist u dat de zwarte elite zelf ook slaven hield?


Wilt u reageren op de vraag?

Lees verder in de gratis app!